Operatieassistent

De operatieassistent assisteert de chirurg en geeft op het juiste moment de juiste apparatuur, de juiste instrumenten en het juiste hechtmateriaal aan. Om de chirurg goed te kunnen ondersteunen, moet de operatieassistent voortdurend anticiperen op wat de chirurg gaat doen. Het is dus belangrijk dat de operatieassistent goed weet hoe de operatie wordt uitgevoerd, welke complicaties daarbij kunnen optreden en waar het operatieteam op bedacht moet zijn. De operatieassistent weet van elke operatie welke techniek er gebruikt wordt, welke apparatuur daarbij nodig is en hoe deze functioneert. 

De operatieassistent zorgt ook voor het ‘omlopen’. De ‘omloop’ is tijdens de operatie de medewerker die de schakel is tussen steriel en onsteriel. Deze persoon geeft steriele instrumenten, gazen, hechtingen en dergelijke aan door de onsteriele verpakking te openen en de inhoud zonder aan te raken aan de instrumenterende te geven.

Verder heeft de operatieassistent ook inzicht in hoe een operatieprogramma wordt opgesteld en weet hoe er gehandeld moet worden als een operatieprogramma door bijvoorbeeld een spoedgeval moet worden gewijzigd. Tot slot zorgt de operatieassistent er voor dat de operatiekamer met alle apparatuur en instrumenten na elke operatie weer klaar wordt gemaakt voor de volgende operatie. Bij dit alles houdt de operatieassistent voortdurend de veiligheid van de patiënt in de gaten.