Als u eet, geeft de alvleesklier enzymen af. De alvleesklier heeft de meeste moeite met het maken van enzymen die zorgen voor de vetvertering. Kies daarom bij de warme maaltijd voor de minst vette variant. Het maakt voor de belasting van de alvleesklier niet uit of u pap eet of een snee brood.

Wij raden u aan om tijdens opname bij voorkeur een keuze te maken uit de voedingsmiddelen in deze informatie.

Zoals aangegeven op de menukaart van Ons Menu Voor U

• Brood: brood (wit, bruin), zuurdesembruin, zachte en harde bol (wit, bruin), beschuit, rijstwafel, ontbijtkoek.
• Boter: halvarine.
• Zoet beleg: jam, appelstroop, honing, vruchtenhagelslag.
• Vleesbeleg: alle keuzes met een duimpje.
• Kaas: jonge kaas 20+/30+, komijnenkaas 20+, smeerkaas 20+.
• Pap, yoghurt, kwark: alle keuzes met een duimpje.
• Fruit: alle keuzes die staan vermeld.
• Dranken: water, thee, drinkbouillon, vruchtensappen, aanmaaklimonade, halfvolle melk, karnemelk, drinkyoghurt.

Zoals aangegeven op de menukaart van Ons Menu Voor U

• Soepen: alle keuzes die staan aangegeven.
• Groenten: licht verteerbaar zoals broccoli, sperzieboontjes, worteltjes met peterselie, roergebakken ratatouille.
• Vis: witvis van het seizoen.
• Vlees en vervanging: gebakken kipfilet, gebraden kalfsgehaktbal, varkenshaasmedaillons.
• Jus en sauzen: jus, tomatensaus, tomatensalsa, zoet zure saus.
• Aardappelen, rijst, gekookte aardappelenaardappelpuree, witte rijst, pasta, couscous, quinoa.
• Nagerecht: zie pap, yoghurt, kwark; en perenijs en waterijs.
• Voor af en toe: fruitsmoothie.

Als u geen klachten meer heeft kunt u overgaan op een gezonde voeding.

Als het u niet lukt om de eerste 2 dagen voldoende te eten, kan uw arts of diëtist besluiten dat u aanvullend drinkvoeding gaat gebruiken of er wordt gestart met sondevoeding. Dit hangt af van de ernst van de alvleesklierontsteking en hoe uw ziektebeeld zich ontwikkelt of herstelt.

U gaat extra bij uw voeding 3 keer per dag drinkvoeding gebruiken. De drinkvoeding die u krijgt, is een vloeibare voeding waarin extra veel eiwit en energie zit. U krijgt door de drinkvoeding ook extra vitaminen en mineralen binnen.

In drinkvoeding zit geen melksuiker en er zijn verschillende smaken en soorten: op melkbasis, op yoghurtbasis en op sapbasis. Deze laatste variant bevat weliswaar de minste hoeveelheid vet, maar is minder geschikt als u diabetes heeft.

Sondevoeding is een vloeibare voeding waarin alle benodigde voedingsstoffen zitten. U kunt sondevoeding krijgen als aanvulling op uw eten of u krijgt sondevoeding als volledige voeding.

Afhankelijk van uw situatie wordt de sonde in uw maag geplaatst of voorbij de alvleesklier (pancreas) in de dunne darm. De diëtist geeft een advies over de hoeveelheid en soort sondevoeding.

Als uw klachten minder worden, kan uw arts en/of diëtist besluiten om de sondevoeding af te gaan bouwen. U mag dan weer proberen om gewoon te eten. Overdag krijgt u dan minder sondevoeding, waardoor u meer trek krijgt. Dit bevordert de overgang naar een normale voeding. Kies van de menulijst de eerste dagen bij voorkeur de bovenstaand genoemde voedingsmiddelen.

Als u naast de sondevoeding alleen heldere dranken mag drinken, dan mag u de volgende dranken gebruiken:

• water;
• thee met of zonder suiker;
• limonade, appelsap en bouillon.

Opmerking: er zijn aanwijzingen dat vleesbouillon prikkelend kan werken.

Neemt u dan contact op met het secretariaat van de afdeling Diëtetiek, telefoonnummer (073) 553 20 19. Zij kunnen zo nodig een afspraak met u maken voor een gesprek met de diëtist.

Heeft u tijdens uw opname al een diëtist gesproken? Geeft u dan als u belt uw naam, geboortedatum en telefoonnummer door. De diëtist waar u al eerder mee gesproken heeft, belt u dan zo snel mogelijk terug.