De uitslag van het DNA-onderzoek is 2 tot 3 weken na de bloedafname bekend. Uw behandelend arts of verpleegkundig specialist bespreekt de uitslag met u.
Er zijn 3 mogelijke uitslagen van het DNA-onderzoek:
1. Er is geen erfelijke aanleg gevonden
De kans dat uw borstkanker erfelijk is, is met deze uitslag veel kleiner geworden. Het risico voor familieleden om borstkanker te krijgen kan, ondanks de goede uitslag, nog verhoogd zijn. Uw familie krijgt advies op maat over borstcontroles, afhankelijk van de familiegegevens (stamboom).
2. Er is wel een erfelijke aanleg gevonden
Deze uitslag betekent dat het risico op borstkanker (en soms op eierstokkanker) is verhoogd. Er kan een verandering gevonden zijn in het BRCA1-, BRCA2-, PALB2-, CHEK2- of het ATM-gen. U wordt verwezen naar de klinisch geneticus voor meer informatie over de betekenis van de erfelijke aanleg voor uzelf en uw familieleden.
3. De uitslag is onduidelijk
Veranderingen in het DNA komen vaak voor. Een onduidelijke uitslag betekent dat er een verandering is gevonden, waarvan nog niet bekend is of hierdoor het risico op kanker is verhoogd. Soms is aanvullend onderzoek mogelijk om hier meer zekerheid over te krijgen. Bij een onduidelijke uitslag wordt u verwezen naar de klinisch geneticus voor een informatief gesprek. De klinisch geneticus spreekt met u over de betekenis van de uitslag voor uzelf en uw familieleden en over eventueel aanvullend onderzoek.