Zoals bij iedere operatie, kunnen er ook bij deze operatie complicaties optreden. Voorbeelden zijn een wondinfectie of nabloeding. Complicaties die juist bij deze operatie kunnen voorkomen zijn:
- De eerste dagen tot 1 tot 2 weken na de operatie hebben patiënten vaak wondpijn. Dit voelt anders dan de pijn die ze voor de operatie hadden, maar verergert ook bij bewegen en inspanning. Na enkele weken kunnen patiënten goed aangeven of de operatie geholpen heeft. De meeste patiënten geven achteraf aan dat ze bijna meteen van hun ACNES-pijn af waren.
- Soms blijft er een soort bultje bij de operatiewond achter. Dit is een ophoping van oud bloed en vocht. Dit verdwijnt vanzelf.
- Meestal is na de operatie het gevoel in uw huid niet weg. De huid voelt meestal juist weer ‘normaal’ aan. Dit komt doordat de boven- en onderliggende zenuwtakjes in de huid de functie van de doorgebrande of -geknipte zenuwtakjes hebben overgenomen.
Soms is een tweede operatie nodig. Bijvoorbeeld als na de eerste operatie blijkt dat de pijn is verschoven naar de zijkant, terwijl die eerst net naast het midden van de buik zat. Dit komt soms voor. Een tweede operatie kan ook nodig zijn als dezelfde pijn na een aantal maanden terugkomt. Uit onderzoek blijkt dat dit gebeurt bij ongeveer 10 procent van de patiënten.
Bij een tweede operatie zoekt de chirurg de hoofdzenuwtak aan de achterkant van de rechte buikspier op en knipt of brandt deze door. Deze hoofdzenuwtak ligt ongeveer 2 centimeter dieper dan de zenuw met zijn takjes aan de voorkant van de rechte buikspier. Soms ontstaat er na de eerste of tweede operatie een soortgelijke pijn op een andere plaats. We vermoeden dat deze pijn er altijd al is geweest, maar dat patiënten deze pijn niet eerder hebben gevoeld omdat zij meer pijn hadden op een andere plaats. Deze nieuwe pijn is niet altijd met een operatie op te lossen.