Blaasontsteking (cystitis)
Bij een blaasontsteking is het slijmvliesweefsel van de blaas ontstoken. Dit slijmvliesweefsel vormt de binnenbekleding van de blaas.
Translate instructions
If you wish to view the page on your phone or tablet, then the steps below may not work. Please switch to a desktop computer to translate this website. For translating the text, please follow this instruction:
1. Select the text you want to translate.
2. Choose ‘Vertalen’.
![Translate instructions step 1](/sites/default/files/styles/entity_embed_50_width/public/images/2023-04/20230406-schermafdruk-tekst-vertalen-JBZ-website-stap1.png?itok=-xyw_-3z)
3. Select the language you prefer.
![Translate instructions step 2](/sites/default/files/styles/entity_embed_50_width/public/images/2023-04/20230406-schermafdruk-tekst-vertalen-JBZ-website-stap2.png?itok=0d0KsZIq)
4. You can read and/or listen to the translated text (by Google).
![Translate instructions step 3](/sites/default/files/styles/entity_embed_50_width/public/images/2023-04/20230406-schermafdruk-tekst-vertalen-JBZ-website-stap3.png?itok=fIScesw3)
Onderzoeken
Uw huisarts kan vaststellen of u waarschijnlijk een blaasontsteking heeft. Hiervoor doet uw huisarts een eenvoudige urinetest.
Onderzoeken
Als uw blaasontsteking niet reageert op de behandeling, moet uw urine verder worden onderzocht in het laboratorium. We zetten uw urine dan op ‘kweek’. Alleen dan kan met zekerheid worden vastgesteld of het inderdaad om een blaasontsteking gaat.
Als u regelmatig een blaasontsteking heeft, is verder onderzoek nodig om de oorzaak te achterhalen. Meestal doen we een bloedonderzoek en urineonderzoek. Ook maken we een echo van de nieren en doen we een blaaskijkonderzoek.
Ook bij jonge kinderen is verder onderzoek nodig als zij één of meerdere keren na elkaar een blaasontsteking krijgen. Er kan bijvoorbeeld sprake zijn van een aangeboren afwijking.
Bij bloedonderzoek nemen we 1 of meer buisjes bloed af met een hol naaldje. Dit bloed wordt in het laboratorium onderzocht.
Urineonderzoek kan nodig zijn wanneer de huisarts of specialist denkt dat er sprake is van een ziekte.
Met een echo kan de radioloog of laborant een orgaan, pees of gewricht met geluidsgolven (echo) onderzoeken.
Een cystoscopie is een onderzoek waarbij de uroloog de binnenkant van uw plasbuis en blaas bekijkt.
Behandelingen
Een blaasontsteking is over het algemeen goed te behandelen met een korte antibioticumkuur.
Behandelingen
Wanneer de infectie gepaard gaat met ernstige klachten, koorts of we denken dat u een nierbekkenontsteking heeft, is een langdurige behandeling met antibiotica nodig. Soms moet het antibioticum via een infuus worden toegediend.
Als we een urinekweek doen, schrijft de behandelend arts vaak alvast een antibioticum voor. Zo voorkomen we dat de infectie opstijgt en/of te pijnlijk wordt. Als de uitslag van de kweek bekend is, kan zonodig op een specifieker type antibiotica worden overgeschakeld.
Heeft u een katheter? Dan behandelen we een blaasontsteking alleen als deze klachten veroorzaakt. Bij patiënten die langdurig een katheter hebben, treedt altijd een blaasontsteking op. Dat geeft meestal geen klachten. Bij het gebruik van teveel antibiotica kunnen er resistente bacteriën ontstaan die (eventueel) moeilijker te behandelen zijn.
Mensen met een urineweginfectie kunnen mogelijk gebruik maken van thuismonitoring. U kunt dit bespreken met uw behandelaar.
Poliklinieken en afdelingen
Het specialisme Urologie richt zich op afwijkingen aan de urinewegen en geslachtsorganen. De uroloog behandelt aandoeningen aan de nieren, bijnieren, urineleiders, blaas, urinebuis, penis, scrotum en de prostaat.