De Endo-SPONGE moet minstens 2 keer per week vervangen worden. Het Endo-SPONGE systeem wordt dan 20 tot 30 minuten voor de geplande wissel losgekoppeld en van het vacuüm gehaald. Een verpleegkundige spuit een verdovende vloeistof (lidocaïne) in de spons. U wordt zo plaatselijk verdoofd en de spons wordt wat losgeweekt. Dit maakt het verwijderen en plaatsen makkelijker. De voorbereiding duurt ongeveer 30 minuten.
U komt minstens 2 keer per week op de afdeling Endoscopie om de spons te wisselen. U hoeft thuis weinig te doen met de spons en de opvangpot. U moet wel in de gaten houden of de pot nog vacuüm zuigt of niet. Hoe kunt u dit zien? Er is geen vacuüm meer op als:
- de blauwe markering van de pot helemaal tot onderen is gedaald;
- de pot vol is;
- de aansluiting van de spons op de aansluiting van de pot heeft losgelaten.
De pot zelf verwisselen
U kunt de vacuümpot (Redyrob) thuis wisselen als deze vol is, of als de blauwe markering van de vacuümpot helemaal tot onderen is gedaald (dat betekent dat er geen vacuüm meer is). Dit doet u als volgt:
- Verschuif het klemmetje op de slang. Deze staat nu dicht.
- Draai de draaiknop op de vacuümpot naar stand ‘0’.
- Draai de verbinding tussen de slang en de vacuümpot los.
- Haal het rode dopje van de nieuwe vacuümpot.
- Sluit de vacuümpot aan op de slang.
- Zet de draaiknop van de vacuümpot op stand ‘1’.
- Schuif het klemmetje van de slang los zodat de slang open is. De vloeistof zal nu langzaam gaan lopen.
- Plak de slang vast op uw been of bil, zodat u mobiel bent en veilig kunt bewegen.
Belangrijk: Bewaar de volle pot in een afgesloten plastic zak, zodat de arts de productie kan beoordelen.