Een zorgverlener mag u in principe alleen behandelen met uw toestemming. Bij ingrijpende behandelingen zal de zorgverlener uitdrukkelijk om uw toestemming vragen. In de overige gevallen kan de zorgverlener er vanuit gaan dat u uw toestemming stilzwijgend geeft. Als u bijvoorbeeld uw mouw opstroopt omdat de zorgverlener bloed wil gaan prikken, blijkt hieruit dat u uw toestemming geeft voor de bloedafname. In acute situaties mag de zorgverlener handelen zonder uw toestemming.
U kunt dus een behandeling, zorg of medicijnen weigeren. Dat kan zelfs als u eerst wel toestemming hebt gegeven. Bespreek uw twijfel altijd met uw zorgverlener. De zorgverlener vertelt u wat de gevolgen zijn van uw besluit. Het kan zijn dat u geen behandeling (meer) wilt, terwijl dit gevaarlijk voor u is. Dan moet de zorgverlener dat heel duidelijk zeggen. Bespreek het op tijd als u wilt stoppen met een behandeling. Anders kan de zorgverlener u hiervoor laten betalen. De zorgverlener zal uw beslissing respecteren.
Zijn er behandelingen die u echt niet wilt? Dan is het goed om dit op te schrijven in een wilsbeschikking. Een voorbeeld daarvan is een ‘niet-reanimatieverklaring’ of een ‘behandelverbod’. Bekijk de website van de Rijksoverheid voor meer informatie over wilsverklaringen.
Als u een wilsbeschikking of levenstestament heeft, is het belangrijk dat deze duidelijk is, dat uw zorgverleners hiervan op de hoogte zijn en dat u deze actueel houdt. U kunt uw wilsbeschikking of levenstestament laten toevoegen aan uw Elektronisch Patiënten Dossier van het Jeroen Bosch Ziekenhuis. Lees hier hoe dit gaat.