Syndroom of ziekte van Cushing
Het syndroom van Cushing is een verzamelnaam voor alle klachten die ontstaan als u langere tijd te veel van het hormoon cortisol in uw bloed heeft. Klachten kunnen onder andere zijn: vermoeidheid, spierzwakte en gewichtstoename.
Translate instructions
If you wish to view the page on your phone or tablet, then the steps below may not work. Please switch to a desktop computer to translate this website. For translating the text, please follow this instruction:
1. Select the text you want to translate.
2. Choose ‘Vertalen’.
3. Select the language you prefer.
4. You can read and/or listen to the translated text (by Google).
Onderzoeken
Het is lastig om het syndroom of de ziekte van Cushing aan te tonen.
Onderzoeken
Meestal krijgt u eerst een bloed-, urine- en/of speekselonderzoek om vast te stellen of uw bijnieren teveel cortisol aanmaken. Daarnaast kan uw internist verschillende vervolgonderzoeken laten doen om vast te stellen of de oorzaak van de verhoogde cortisolaanmaak vanuit de bijnier of de hypofyse komt. Deze vervolgonderzoeken zijn: Een dexamethason onderdrukkingstest, een CT-scan en/of een MRI-scan.
Bij bloedonderzoek nemen we 1 of meer buisjes bloed af met een hol naaldje. Dit bloed wordt in het laboratorium onderzocht.
Urineonderzoek kan nodig zijn wanneer de huisarts of specialist denkt dat er sprake is van een ziekte.
U verzamelt het speeksel in een speciaal buisje. U hoort van uw arts waar u rekening mee moet houden, zoals het tijdstip van verzamelen, dieet of medicatie. De arts laat in het laboratorium uw speeksel onderzoeken.
Met een dexamethason onderdrukkingstest kan de arts de ziekte van Cushing aantonen door het cortisolgehalte in uw bloed te meten.
Bij dit onderzoek worden afbeeldingen gemaakt van uw lichaam door middel van een smalle bundel röntgenstralen.
Met behulp van het MRI-onderzoek kunnen pezen, spieren, hersenweefsel, kraakbeen, tussenwervelschijven, organen of bloedvaten zichtbaar worden gemaakt.
Behandelingen
De behandeling bij het syndroom van Cushing is afhankelijk van de oorzaak.
Behandelingen
Wanneer er een tumor in de hypofyse of in de bijnier zit, dan proberen we die met een operatie te verwijderen. Een operatie aan de hypofyse moet gedaan worden door een neurochirurg. Wij verwijzen u hiervoor door naar een ander ziekenhuis. Voor een operatie aan de bijnier kunt u wel in het Jeroen Bosch Ziekenhuis terecht. Deze operatie wordt door een uroloog gedaan. Soms is na zo’n operatie behandeling met medicijnen nodig om het tekort aan cortisol en aldosteron aan te vullen.
De meest voorkomende reden voor het verwijderen van de bijnier, is dat er sprake is van een gezwel in de bijnier.
Poliklinieken en afdelingen
De internist houdt zich bezig met ziekten van de inwendige organen.