Bij de behandeling van een CVA moet eerst de oorzaak duidelijk zijn. Daarom stelt de arts zo snel mogelijk vast of het om een herseninfarct of een hersenbloeding gaat.
Een herseninfarct kan worden veroorzaakt doordat een bloedstolsel een bloedvat afsluit. Als het mogelijk is, geeft de arts u via een infuus een medicijn dat de bloedprop oplost (trombolyse). Deze behandeling moet binnen 4,5 uur na een herseninfarct starten. In sommige gevallen is het mogelijk om tot 12 uur na het herseninfarct een trombolysebehandeling te geven.
Als het infarct korter dan 6 uur geleden is gebeurd, kan de arts mogelijk via een katheter het stolsel uit het bloedvat in de hersenen verwijderen (trombectomie). Deze behandeling gebeurt in een ander ziekenhuis; u wordt daar per ambulance naar toe vervoerd. In sommige gevallen is het mogelijk om tot 24 uur na het herseninfarct een trombectomie te ondergaan.
Een TIA lijkt op een herseninfarct en ontstaat op dezelfde manier, maar bij een TIA verdwijnen de uitvalsverschijnselen weer binnen enkele minuten of enkele uren.
Een hersenbloeding ligt vaak diep in het hersenweefsel. Daarom is een ingreep of operatie in de acute fase meestal niet mogelijk. De verpleegkundige houdt u dan goed in de gaten en controleert regelmatig uw bewustzijn. U krijgt soms medicijnen om het vocht rond de bloeding te verminderen en de bloeddruk te verlagen. Soms is een operatie nodig, deze behandeling wordt niet in het JBZ gedaan, maar in het Elisabeth-Tweesteden Ziekenhuis.
Medicijnen
Om te voorkomen dat u een nieuw CVA krijgt of extra schade aan de hersenen, start de arts meestal een behandeling met medicijnen. Voorbeelden hiervan zijn bloeddrukverlagende medicijnen, bloedverdunners en cholesterolverlagende medicijnen.
Risicofactoren
Tijdens uw opname brengen we in kaart welke risicofactoren voor u van toepassing zijn en wat we hieraan kunnen doen. Hierbij kunt u denken aan een verhoogde bloeddruk, verhoogd cholesterol, suikerziekte (diabetes), een bepaalde hartritmestoornis (boezemfibrilleren), een vernauwing van de halsslagader, roken, ongezond eten, te weinig lichaamsbeweging, overgewicht, de anticonceptiepil, of erfelijkheid. In het Jeroen Bosch Ziekenhuis bieden we hulp aan bij stoppen met roken.
Bij een CVA of TIA op jonge leeftijd vinden we soms andere risicofactoren of oorzaken. Meer informatie over een CVA of TIA op jonge leeftijd vindt u op www.youngstroketoolbox.nl.
Revalidatie
Uw behandelend arts schakelt verschillende therapeuten in om u te begeleiden tijdens de revalidatie. Deze therapeuten werken met elkaar samen om u zo goed mogelijk te kunnen begeleiden in het herstel na het CVA.